PARTNERPENSIOEN. NALATIGHEID KOST TONNEN

Mensen denken aan pensioen aan een inkomen op de oude leeftijd. Maar minstens zo belangrijk is de zekerheid die zo’n pensioen biedt bij overlijden. Het laatste dat je wilt is dat bij het overlijden van een partner zijn of haar financiële zorgen daar nog eens bovenop komen. Veel mensen hebben geen idee wat  de gevolgen van het overlijden zijn. 3 op de 10 Nederlanders weten überhaupt niet of er iets geregeld is.

We zien het vaak misgaan bij mensen die uit dienst gaan en vervolgens – zonder dat men zich daarvan bewust is – geen dekking meer hebben bij overlijden. Er wordt veelal gedacht dat als men samenwoont het wel  goed zit. Dat is echter vaak niet het geval.

 

Het advies is eens goed te grasduinen op de website van het pensioenfonds. Daar vind je precies wat er geregeld is. Mocht de werkgever het pensioen geregeld hebben bij een verzekeraar, kijk dan eens goed naar het pensioenreglement. Kijk goed wat er onder de partnerdefinitie  wordt verstaan. Dit kan per regeling anders zijn. Voorkom teleurstellingen. Een geregistreerd partnerschap of huwelijk is over het algemeen voldoende. In andere gevallen kan wellicht een notariële samenleefovereenkomst nodig zijn. Meld je partner vervolgens bij het pensioenfonds aan. Dit vergeten kan in voorkomende situaties verstrekkende gevolgen hebben.  Deze nalatigheid kan grote financiële gevolgen met zich brengen.

 

In het nieuwe pensioenstelsel wordt het partnerbegrip wel gestandaardiseerd. Iemand met wie je een gezamenlijke huishouding voert kan als partner kwalificeren als het reglement die groep aanwijst.

 

Wat er precies is geregeld voor de partner, verschilt per regeling. Bij het pensioenfonds is in de regel het nabestaandenpensioen op ‘opbouwbasis’ geregeld. Dat is prettig. Deze aanspraak heeft immers waarde, waardoor de aanspraak blijft bestaan. Hier is immers een pot geld voor opgebouwd. Bij verzekeraars is dit veelal op risicobasis verzekerd. Overlijdt iemand tijdens het dienstverband, dan is er dekking en krijgt de partner zijn of haar partnerpensioen. Ga je uit dienst, dan vervalt de dekking en is er ook geen ‘pot’ met geld meer beschikbaar.

 

In het nieuwe stelsel verandert dat. Een mogelijk opgebouwde pot geld blijft bestaan. Maar er wordt straks niets extra’s meer opgebouwd. Het nabestaandenpensioen is straks altijd op  risicobasis verzekerd. De hoogte van het partnerpensioen verschilt per regeling. Bij een baanwisseling is het dus opletten geblazen. De dekking loopt  dan in elk geval nog 3 maanden door of zolang  je een mogelijke WW-uitkering ontvangt. Desgewenst kan de regeling vrijwillig worden voorgezet of moet je iets anders regelen. Maar aandacht hiervoor hebben is in elk geval vereist.

 

Bron: Financiële Telegraaf

 

Noot van De Regt.

Bij veel verzekerde regelingen bestaat er (al) recht op een partnerpensioen als partners volgens de Gemeentelijke Basisadministratie gedurende minimaal 6 maanden op hetzelfde woonadres ingeschreven staan. Daarnaast zal in de toekomst het partnerpensioen ‘onbepaald’ verzekerd zijn. Dat betekent dat er altijd en voor alle aangesloten werknemers een partnerpensioen verzekerd zijn. Risico’s met betrekking tot dekkingshiaten worden hierdoor fors kleiner.

...